Jongeren meest somber over baanverlies
- 13 december 2012
Amsterdammers hebben het afgelopen jaar minder vertrouwen gekregen in de economie. O+S heeft het consumentenvertrouwen eerder gepeild en toen bleek dat Amsterdammers positiever oordeelden dan de gemiddelde Nederlander. Bij de meest recente meting blijkt dat de Amsterdammer qua vertrouwen op eenzelfde niveau zit als het consumentenvertrouwen dat het CBS in november heeft bepaald. Vertrouwen ligt aan de basis van bestedingen. Het consumentenvertrouwen loopt tot 6 maanden vooruit op consumptieve uitgaven.
O+S heeft in november een peiling gedaan onder 500 Amsterdammers, de helft telefonisch, de helft via het digitale panel van O+S. Hen is gevraagd hoe ze over de huidige economische situatie van Nederland oordelen, wat ze voor de komende 12 maanden verwachten, of ze denken dat hun financiële situatie hierdoor gaat veranderen en of ze het nu een gunstige periode vinden om grote uitgaven te doen. Verder is gevraagd of men van plan is te gaan bezuinigen, waarop wel en waarop zeker niet.
Wat beïnvloedt het vertrouwen?
Er is een aantal factoren dat het vertrouwen van consumenten bepaalt. Zorgen over de eigen financiële situatie hebben de meeste invloed. En deze zorgen zijn groter als men geen reserves heeft, een teruggang van het inkomen verwacht, bijvoorbeeld als gevolg van baanverlies of als gevolg van een verhoging van de zorgkosten, of een combinatie van deze twee. Persoonlijke kenmerken (leeftijd, het opleidingsniveau, het al dan niet hebben van kinderen) hebben ook invloed op het vertrouwen, maar minder dan financiële zorgen. De hoogte van het inkomen is eveneens van invloed: mensen met een hoog inkomen maken zich minder zorgen over hun financiële situatie. De invloed van inkomen op het vertrouwen is vooral indirect, via financiële zorgen.
Amsterdammers verwachten teruggang inkomen
Amsterdammers maken zich op dit moment vooral zorgen over hun persoonlijke financiële situatie: een lager inkomen, terwijl tegelijkertijd de kosten toenemen, met oplopende schulden als mogelijke uitkomst. Werkzoekenden en huismannen en huisvrouwen maken zich het meest zorgen om de eigen financiële situatie. Maar niet iedereen maakt zich zorgen. Uit ons onderzoek blijkt dat gepensioneerden, paren zonder kinderen en mensen die in een koopwoning op dit vlak relatief onbekommerd in het leven staan.
Waar maken Amsterdammers zich zorgen over?
De kans om werkloos te worden wordt hoger ingeschat dan in het begin van het jaar: 1 op de 5 geïnterviewde Amsterdammers schat de kans om zijn of haar baan kwijt te raken in november op meer dan 50 procent. Dit is twee keer zoveel als in januari, toen 1 op de 10 Amsterdammers voor het behoud van zijn of haar baan vreesde. Vooral de jongere werkenden (18-35 jaar) zien het somber in. Vermoedelijk omdat zij vaker een tijdelijk contract hebben.
Vooral minder naar dure supermarkt
Twee van de drie door ons ondervraagde Amsterdammers geven aan de komende 12 maanden te gaan bezuinigen. Dagelijkse uitgaven scoren daarbij het hoogst. Men is vooral van plan om minder geld uit te gaan geven aan eten, onder andere door naar een goedkopere supermarkt te gaan. Maar men verwacht ook te gaan besparen op niet dagelijkse uitgaven zoals kleding en schoenen, uit eten gaan en vakanties. Vaste lasten als verzekeringen, water en energie en abonnementen op een tijdschrift of krant worden minder vaak genoemd als posten waarop bezuinigd zal gaan worden.
Op gezonde voeding wordt niet bezuinigd
Tot slot is gevraagd waar men zeker niet op gaat bezuinigen. Voeding scoort daar weer heel hoog. Terwijl men dus van plan is minder geld te gaan uitgeven aan voeding, wordt er tegelijkertijd niet bezuinigd op gezonde voeding.1) CBS.nl.2) De ups en downs in consumentenvertrouwen ontrafeld, DNB Kwartaalbericht juni 2007.