Kijken naar vuurwerk is belangrijker dan (zelf) mogen afsteken
- 7 juli 2020
Ruim de helft van de ondervraagden (59 procent) vindt het niet belangrijk dat er vuurwerk mag worden afgestoken in Amsterdam en 79 procent vindt het niet belangrijk om dat zelf te mogen doen. Dat zien we terug in het aandeel dat zelf vuurwerk afsteekt tijdens de jaarwisseling (16 procent). Hoewel het (zelf) mogen afsteken van vuurwerk voor de meerderheid van de respondenten niet belangrijk is, gaat ruim de helft van de (panel)respondenten (59 procent) wel naar vuurwerk in de eigen straat of buurt kijken.
Dat blijkt uit onderzoek dat OIS deed in opdracht van de directie Openbare Orde en Veiligheid (OOV), naar de mening van Amsterdammers over vuurwerk rondom de jaarwisseling.
Belang vuurwerk afsteken (procenten)
Meerderheid voelt zich onveilig door vuurwerk en wil dat overlast wordt teruggedrongen
Driekwart van de ondervraagden voelt zich tijdens de jaarwisseling wel eens onveilig door vuurwerk en eveneens driekwart ervaart wel eens vuurwerkoverlast. De meeste overlast komt van rommel op straat en geluid, wat men redelijk acceptabel vindt in vergelijking tot andere overlastvormen. Overlastvormen die minder vaak voorkomen, zoals intimiderend gedrag van mensen die vuurwerk afsteken, gevaarlijke situaties door vuurwerk en letsel, vindt men het minst acceptabel. In open antwoorden benoemen respondenten onder meer dat zij ook overlast ervaren van vuurwerk dat wordt afgestoken buiten de toegestane tijden.
Bijna acht op de tien respondenten vinden het belangrijk dat vuurwerkoverlast tijdens de jaarwisseling wordt teruggedrongen. Hiervan zegt 20 procent dat er wat hen betreft op geen enkele plek nog vuurwerk mag worden afgestoken, 57 procent pleit voor het licht of sterk terugdringen van het aantal afsteekplekken (afsteken mag dan nog op een beperkt aantal plekken in de stad of eigen buurt).
Belang terugdringen vuurwerkoverlast (procenten)
Leeftijd maakt verschil in ervaringen en wensen omtrent vuurwerk
Meer oudere respondenten (35-plus) ervaren rond de jaarwisseling wel eens vuurwerkoverlast en onveiligheidsgevoelens door vuurwerk dan respondenten onder de 35 jaar. Ook is de wens om vuurwerkoverlast terug te dringen groter onder oudere deelnemers. Meer jongeren steken zelf vuurwerk af en zij vinden het belangrijker om dat te mogen dan ouderen. Ondanks deze verschillen zien we dat ook jongeren minder vuurwerkoverlast wensen. Jongeren achten het bovendien waarschijnlijker dat zij naar alternatieve vieringen van de jaarwisselingen gaan.
Meest waarschijnlijk om naar centrale vuurwerkshow te gaan
Van de voorgelegde alternatieve oud-en-nieuwvieringen krijgt de centrale vuurwerkshow de meeste steun: in totaal zegt 37 procent hier waarschijnlijk of zeker heen te gaan. Onder jongere respondenten (tot en met 34 jaar) is dit bijna de helft (46 procent). Daarnaast noemen respondenten ook feesten of concerten als een alternatief voor het afsteken van vuurwerk.
Waarschijnlijkheid dat Amsterdammers naar alternatieven gaan voor het zelf afsteken van vuurwerk (procenten)
