Politiek? Het interesseert u geen ene moer
- 6 januari 2003
Amsterdammers zijn de laatste tien jaar steeds onverschilliger en cynischer geworden over de lokale politiek. Grofweg de helft van de Amsterdammers kan het weinig tot niks schelen wat het stadsbestuur doet; slechts een kwart is nog geïnteresseerd. Dit blijkt uit cijfers van onderzoeksbureau O+S.

In 1992 begonnen O+S-medewerkers Willem Bosveld en Jeroen Slot aan hun onderzoek. Aan de hand van vragenlijsten deelden zij de Amsterdamse kiesgerechtigde bevolking in vijf groepen in, naarmate hun betrokkenheid bij de politiek. Dit onderzoek hebben zij onlangs herhaald.
De 'onverschilligen' (geen kennis, geen interesse, geen participatie) en de 'niet-betrokken kiezers' (wel stemmen, maar meer niet) vormden in 1992 nog een minderheid. Tien jaar later zijn ze samen goed voor 51 procent van de kiesgerechtigde Amsterdammers. De middengroep, de 'rituele kiezers', bleef de laatste tien vrij constant: negentien procent in 1992 tegen 22 nu. Maar de 'critici' (politiek geïnteresseerd, met kennis van zaken, maar veel te klagen) en de 'ingewijden' (de meest betrokken groep), die in 1992 samen nog in de meerderheid waren, halen nu slechts 27 procent.
"Dat betekent dat de kennis van politiek is afgenomen en het cynisme is toegenomen," zegt Jeroen Slot. "Het is een trend die ook landelijk zichtbaar is." Vooral de grote scepsis noemt hij schadelijk voor de stad. "Cynici zien politici bijvoorbeeld uitsluitend als zakkenvullers." En zo'n houding kan weer consequenties hebben voor het publieke debat over grote politieke onderwerpen.