Direct naar inhoudDirect naar contactgegevens

Tweederde Amsterdammers maakt gebruik van de fiets

Bijna tweederde van de Amsterdammers ouder dan 12 jaar maakt gebruik van de fiets. Autochtone Amsterdammers fietsen vaker dan allochtone Amsterdammers; met name Marokkaanse, Surinaamse, Turkse of Antilliaanse Amsterdammers fietsen minder.

Vijfentwintig tot vijfenvijftig jarigen gebruiken de fiets vaker dan jongere of oudere Amsterdammers. Onder jongeren is het fietsbezit zelfs afgenomen. Van de jongeren van 16-18 jaar heeft 55 procent een fiets, tien jaar geleden was dat nog 79 procent. Bovenstaande blijkt uit het onderzoek 'Amsterdam op de fiets', uitgevoerd in opdracht van de Dienst Infrastructuur Verkeer en Vervoer.

De fiets wordt relatief veel gebruikt voor woon-werkverkeer en voor vervoer als men gaat winkelen. Opvallend is dat schoolgaanden en studenten vaak het openbaar vervoer kiezen. Deze groep fietst minder dan werkenden.

Fietsers kiezen voor de fiets omdat zij dan sneller op hun bestemming zijn. Ook het onafhankelijk zijn van openbaar vervoer en gezondheid spelen een rol.

Van de Amsterdammers die geen fiets hebben, geeft een groot deel aan (6 procent van alle Amsterdammers) dat zij niet kunnen fietsen. De meest genoemde reden van de overige niet-fietsers (30 procent) is dat zij beschikken over een auto of zich verplaatsen met het openbaar vervoer. Andere redenen om niet te fietsen: zij houden niet van fietsen (15 procent), ze vinden het onveilig in het verkeer (13 procent), of ze vinden het risico op fietsendiefstal te groot (12 procent).