Voor Nederland liggen de schattingen tussen de 10 en 15 procent. In Amsterdam lijkt het gebruik daarmee iets hoger dan gemiddeld in Nederland. Vooral vrouwen (28 procent) en mensen met een hoger opleidingsniveau (26 procent) gebruiken alternatieve geneeswijzen. Van de hoger opgeleide vrouwen heeft 32 procent een alternatieve arts of therapeut bezocht. Ouderen maken er iets minder gebruik van (19 procent van de 55-plussers).

Een derde deel van de respondenten zou, in geval zij ernstig ziek zouden worden, overwegen gebruik te maken van alternatieve geneeskunde. Eveneens een derde zou dit zeker niet overwegen. Ook hier zijn het vooral vrouwen die zouden overwegen gebruik te maken van alternatieve geneeswijzen. Van de vrouwen zou 38 procent het overwegen, bij de mannen 25 procent. Veertig procent van de mannen zou het zeker niet overwegen, bij vrouwen is dit 29 procent. Bij ouderen (23 procent) en lager opgeleiden (17 procent) is de groep die alternatieve geneeskunde zou overwegen klein, bijna de helft van deze groep overweegt het niet.

CBS. P. van Dijk. Omvang alternatieve geneeswijzen in Nederland, TIG jaarboek 21/22, 2005/2006.