De uitkomsten van de evaluatie geven een indicatie of de inzet van cameratoezicht is gerechtvaardigd gezien de omvang van de criminaliteit, de (on)veiligheid en/of overlast in het gebied. Als het in een cameragebied beter gaat dan in andere cameragebieden, kan dat erop duiden dat het cameratoezicht er niet meer proportioneel is. Andersom geldt dat een gebied waar het slechter gaat dan in andere cameragebieden wellicht wel nog cameratoezicht nodig heeft.

De burgemeester gebruikt de uitkomsten van de evaluatie om per gebied te beslissen of het cameratoezicht wel of niet blijft of wordt aangepast. In die beslissing spelen ook andere factoren een rol die buiten de evaluatie van OIS vallen, zoals demografische, ruimtelijke of sociaaleconomische kenmerken en ontwikkelingen van het gebied. Daarnaast bekijkt de burgemeester of het toezicht voldoet aan de vereiste van subsidiariteit: is cameratoezicht is gerechtvaardigd omdat het gewenste resultaat niet met minder ingrijpende middelen wordt bereikt?