Ruim negenduizend inwoners van de gemeente Amsterdam (hierna: Amsterdammers) deden mee aan het onderzoek. Zo kon Onderzoek en Statistiek in beeld brengen wat Amsterdammers doen aan (commerciële) vrijetijdsbesteding en wat de behoeften zijn van verschillende groepen inwoners.

Commerciële vrijetijdsvoorzieningen zijn de plekken waar Amsterdammers heen gaan in hun vrije tijd en waar ze voor moeten betalen. Het gaat in dit onderzoek om wellness (sauna’s, hamams, schoonheidssalons, etc.), sport en sportieve recreatie (sportscholen, yogascholen, maneges, bowlingbanen, etc.), attracties, spel en beleving (binnenspeeltuinen, dierentuinen, zwemparadijzen, etc.) en cultuur (bioscopen, musea, etc.).

In ruim tien jaar tijd is het aantal plekken waar Amsterdammers in hun vrije tijd tegen betaling naar toe kunnen gaan met 50 procent gestegen: van 550 vestigingen in 2013 naar 870 vestigingen in 2024. Deze groei was er bij allerlei soorten plekken, maar komt vooral door een toename van het aantal sportscholen en fitnesslocaties. Alleen het aanbod aan culturele voorzieningen is min of meer constant gebleven.

Verschillende doelgroepen

Meer dan de helft van de Amsterdammers (58 procent) gaat naar commerciële locaties voor sport en sportieve recreatie, voornamelijk de sportschool. Amsterdammers die dat doen, gaan meestal ook vaak; meer dan een derde zegt tenminste wekelijks te gaan.

Nog meer Amsterdammers gaan wel eens naar een culturele voorziening (80 procent). Dat zijn vooral bioscopen en musea. Inwoners doen dat minder frequent dan sport en sportieve recreatieactiviteiten: meestal maandelijks of enkele keren per jaar.

Wellnessvoorzieningen worden in het algemeen minder vaak bezocht. Ze zijn vooral populair onder 30- tot 49-jarige Amsterdammers. Bijna driekwart van deze groep gaat weleens naar bijvoorbeeld de sauna, een hamam of een schoonheidssalon.

Ook voorzieningen voor attracties, spel en beleving worden bezocht door een specifieke groep Amsterdammers, namelijk jongeren in de leeftijd van 18 tot 29 jaar en inwoners van 30 tot 49 jaar met thuiswonende kinderen.

Wisselende tevredenheid

Uit het onderzoek blijkt dat Amsterdammers vaak tevreden zijn met het aanbod van commerciële vrijetijdsvoorzieningen in de stad in het algemeen. Maar ze zijn vaak minder tevreden met wat er in directe woonomgeving beschikbaar is.

Het verschil is vooral goed te zien bij het culturele aanbod. Bijna alle Amsterdammers zijn tevreden met wat beschikbaar is in de stad, maar ze moeten vaak uitwijken naar andere stadsdelen om deze plekken te bezoeken.

Over de sportvoorzieningen in de eigen directe omgeving zijn de meeste Amsterdammers wel tevreden. Al is dit wel afhankelijk van de soort voorziening. Zo is er vaker onvrede over de zwemfaciliteiten, klimhallen en bowlingbanen omdat die niet in alle stadsdelen aanwezig zijn.

Meerkernige stad

De gemeente Amsterdam wil graag dat de gemeente meerdere kernen heeft waar mensen heen kunnen om bijvoorbeeld te winkelen, boodschappen te doen en voor vrijetijdsbesteding. Dit soort kernen zouden ervoor moeten zorgen dat minder mensen naar het centrum gaan zodat daar de drukte vermindert.

Mogelijke kernen zijn het Osdorpplein, het Buikslotermeerplein en de Amsterdamse Poort/ArenA Poort. Ook de stationskwartieren Zuidas en Sloterdijk Centrum komen hiervoor in aanmerking. De stadskernen kunnen een belangrijke rol vervullen als het gaat om commerciële vrijetijdsvoorzieningen. In dit onderzoek keken we daarom naar de mate waarin inwoners uit de stadsdelen Zuidoost, Noord, Nieuw-West en Zuid op dit moment gebruik maken van deze stadskernen.

Bewoners van deze stadsdelen geven aan dat ze veel gebruikmaken van de stadskernen in hun stadsdeel. Ze bezoeken de kernen vooral voor de dagelijkse boodschappen en om te winkelen voor plezier. Afhankelijk van de stadskern hebben de Amsterdammers nog specifieke wensen voor voorzieningen. Zo willen mensen meer kunnen winkelen voor plezier in ArenApoort en meer uit eten kunnen gaan op het Buikslotermeerplein en Osdorpplein.