Direct naar inhoudDirect naar contactgegevens

Discriminatie in de Amstelland gemeenten

Het samenleven van mensen van verschillende herkomst en/of geloofsovertuiging kan leiden tot problemen als discriminatie en intolerantie. Om discriminatie zoveel mogelijk in te perken en om trends te signaleren op het gebied van discriminatie is duidelijkheid nodig over zowel de omvang van het probleem als de aard van het probleem. Om deze redenen is uitgebreid onderzoek uitgevoerd naar discriminatie in zowel Amsterdam als de regio.

In Amsterdam zijn deze gegevens verzameld met de Burgermonitor. In de regio (Amstelland gemeenten: Aalsmeer, Amstelveen, Diemen, Ouder-Amstel en Uithoorn) is in juni 2010 een apart onderzoek naar discriminatie uitgevoerd.

Doel van het onderzoek was om de mate van ervaren discriminatie in Amsterdam en de regio in kaart te brengen. Ook werd er gekeken naar de reden of aard van discriminatie en of mensen actie nemen na een discriminatie-ervaring.Uit het onderzoek blijkt dat discriminatie minder gerapporteerd wordt in de regiogemeenten (14 procent) dan in Amsterdam (21 procent). Dit wordt grotendeels verklaard door de verschillen in bevolkingssamenstelling tussen de regio en Amsterdam, waarbij in de regio het aandeel bewoners met een niet-westerse herkomst kleiner is dan in Amsterdam. Aangezien deze groep vaker discriminatie ervaart dan autochtone inwoners is het niet verwonderlijk dat de gemiddelde discriminatie in Amsterdam hoger ligt dan in de regio.Wanneer we echter binnen de etnische groepen kijken blijkt dat in de regio mensen van Marokkaanse afkomst zich vaker gediscrimineerd voelen dan in Amsterdam (54 en 38 procent).

Redenen discriminatie

De meest voorkomende redenen voor discriminatie in de regio zijn etnische afkomst of nationaliteit en godsdienst of levensovertuiging (zie onderstaand figuur). Dit is niet anders dan in Amsterdam. Over de hele linie komen alle redenen minder voor in de Amstelland gemeenten vergeleken met Amsterdam, wat te verklaren is door het verschil in totaal gerapporteerde discriminatie (14 procent regio; 21 procent Amsterdam).

In Amsterdam wordt er het vaakst gediscrimineerd door middel van beledigingen, dit komt in de regio duidelijk minder voor. Dit geldt voor respectievelijk 43 en 24 procent van alle ondervraagde personen, in Amsterdam (n=2650) en in de regio (n=751). In de regio rapporteren de meeste mensen meer een gevoel van discriminatie dan een concrete discriminerende actie.

Aard van gerapporteerde discriminatie in de regio en Amsterdam, 2010 (procenten)

Zowel in Amsterdam als in de regio heeft een kwart van de mensen die aangaven zich in de afgelopen twaalf maanden gediscrimineerd te hebben gevoeld actie ondernomen.

In zowel de regio als in Amsterdam bestond een genomen actie voornamelijk uit het erover spreken met mensen in de omgeving. Een van de vijf van de ondervraagden (17 procent in regio en 20 procent in Amsterdam) heeft een melding gedaan bij politie of Meldpunt Discriminatie Regio Amsterdam. Alleen deze meldingen zijn terug te vinden in de discriminatiestatistieken. Dit betekent dat van elke discriminatieactie in Amsterdam en in de regio er grofweg één op de twintig in de discriminatiestatistieken terecht komt (een kwart van de gediscrimineerden neemt actie, waarvan een vijfde bij politie of MDRA). De meest gehoorde reden om geen actie te ondernemen is dat melden niets verandert of dat de discriminatie niet ernstig genoeg was.