Direct naar inhoudDirect naar contactgegevens

Opkomst Amsterdammers met migratieachtergrond blijft laag

Amsterdammers met een migratieachtergrond zijn minder gaan stemmen dan Amsterdammers zonder migratieachtergrond bij de gemeenteraadsverkiezingen van 2022. Dat was bij vorige verkiezingen ook al zo en geldt wederom vooral voor Surinaamse Amsterdammers. Het lijkt er op dat nieuwe partijen, zoals DENK en BIJ1, niet blijvend voor hogere opkomst onder Amsterdammers met een migratieachtergrond leiden. De hogere opkomst onder Turkse Amsterdammers in 2018 lijkt een tijdelijk karakter te hebben, andere groepen werden en worden qua opkomst niet beïnvloed door de komst van nieuwe partijen en/of nieuwe politici.

Dat blijkt uit een onderzoek van de afdeling Politicologie van de Universiteit van Amsterdam en Onderzoek & Statistiek. Bij de laatste gemeenteraadsverkiezingen is een lange samenwerking voortgezet, met als doel het in kaart brengen van het stemgedrag van Amsterdammers met een migratieachtergrond.

Sinds 1994 wordt dit onderzoek op dezelfde manier uitgevoerd, waarmee een unieke reeks resultaten tot stand is gekomen om de politieke integratie van migranten en hun nakomelingen in Amsterdam te bestuderen.

DENK en BIJ1 zijn de meest populaire partijen onder Surinaamse, Marokkaanse en Turkse Amsterdammers. Daarbij stemmen jongeren relatief vaak op BIJ1, en ouderen, vooral van Turkse herkomst, vaker op DENK.

Het grootste verschil in attitudes tussen Amsterdammers met en zonder migratieachtergrond vinden we ten aanzien van ervaren politieke vertegenwoordiging. Amsterdammers met een migratieachtergrond hebben veel vaker het gevoel dat politici niet adequaat opkomen voor hun specifieke belangen in vergelijking met Amsterdammers zonder migratieachtergrond.

De Amsterdamse lokale politiek is, net zoals op het nationale niveau, in de afgelopen 10 jaar sterk gefragmenteerd. In Amsterdam heeft dat voor een belangrijk deel te maken met de politieke keuzes van Amsterdammers met een migratieachtergrond. Zij kiezen in 2018 en 2022 veel vaker voor partijen die explicieter zeggen op te komen voor hun belangen. De komst van deze partijen heeft echter niet geleid tot een hogere opkomst in buurten met een hoger percentage Amsterdammers met een migratieachtergrond. De laagste opkomstpercentages vinden we nog steeds, en met steeds lagere opkomsten, in buurten in de stadsdelen Noord, Nieuw-West en Zuidoost. De participatieve ongelijkheid in de stad, verschil in opkomstpercentage in buurten binnen en buiten de ring, is hierdoor verder toegenomen en heeft in Amsterdam, net als in andere grote Nederlandse gemeentes, een steeds structurele vorm aangenomen.