Vuurwerk en vuurwerkzones: standpunten en ervaringen van Amsterdammers met vuurwerk
- Publicatie
- 18 januari 2019
Vier op de vijf (81 procent) Amsterdammers vindt het (zeer) belangrijk dat de overlast veroorzaakt door vuurwerk wordt teruggedrongen. Daarnaast vindt 88 procent van de Amsterdammers het (zeer) belangrijk dat de gemeente zich meer inzet voor het terugdringen van deze overlast. Dat blijkt uit onderzoek van OIS in opdracht van de veiligheidsregio Amsterdam-Amstelland naar de standpunten en ervaringen van Amsterdammers ten aanzien van vuurwerk.
Een ruime meerderheid van de respondenten (82 procent) is niet gehecht aan de mogelijkheid om zelf vuurwerk af te kunnen steken rond de jaarwisseling. 11 procent hecht enigszins aan deze mogelijkheid en een kleine groep (7 procent) hecht sterk aan deze mogelijkheid. Rommel op straat, overlast voor huisdieren en geluidsoverlast zijn volgens Amsterdammers de meest voorkomende vormen van overlast door het afsteken van vuurwerk. Vormen van overlast die door respondenten als het minst acceptabel gezien worden zijn letselschade, intimiderend gedrag door personen die vuurwerk afsteken en schade aan eigendommen.
De meerderheid van de Amsterdammers vindt het beperken van het aantal verkooplocaties voor vuurwerk (81 procent) en het beperken van het aantal locaties waar vuurwerk mag worden afgestoken (59 procent) een (hele) goede manier om de overlast terug te dringen. Wel vindt de helft (56 procent) van de Amsterdammers dat burgers moeten meebeslissen bij het aanwijzen van vuurwerkzones.