Uit eerder onderzoek van O+S weten we al dat voor werk en cultuurconsumptie een groot deel van de mensen binnen de regio blijft. Dit onderzoek voegt daaraan toe dat een groot deel van de bewoners ook voor sport en recreatie en voor winkelen binnen de regiogrenzen blijft. Sociale contacten zijn veel minder dan andere activiteiten aan de regio gebonden. Hoewel een groot deel van de bewoners binnen de Metropoolregio blijft voor het bezoeken van vrienden of familieleden, gebeurt dit ook daarbuiten.

Uit dit onderzoek blijkt dat veel regiobewoners zowel hun eigen woonplaats als de regio gebruiken. Gebieden om te winkelen, te recreëren en uit te gaan worden vooral gekozen op basis van bereikbaarheid, bekendheid met het gebied en de sfeer.

Metropoolregio als polycentrisch gebied

Hoewel veel stromen gericht zijn op Amsterdam, zijn er ook stromen tussen de andere steden binnen de Metropoolregio, wat duidt op polycentrische gedrag. Vooral de inwoners van Haarlemmermeer gaan voor veel activiteiten ook naar Haarlem of Amstelveen. Vanuit Purmerend en Zaanstad zijn er stromen richting Alkmaar. Een deel van de Metropoolbewoners gedraagt zich dan ook als polycentrische stedeling binnen en buiten de de polycentrische regio.

Hoe hoger het inkomen, hoe groter de actieradius

Welke persoonskenmerken zijn van invloed op de actieradius van Metropoolbewoners? Het inkomen van een huishouden bepaalt in sterke mate hoe vaak en waar activiteiten worden ondernomen. Ditzelfde patroon zien we terug in het opleidingsniveau, wat veelal samenhangt met het inkomen. Hoger opgeleiden recreëren vaker buiten de eigen gemeente dan lager opgeleiden.

Geen duidelijke relatie tussen ruimtelijke dynamiek en binding met de buurt

Een grotere actieradius heeft geen negatief effect op de band met de buurt. Bewoners die veel activiteiten buiten de eigen stad doen voelen zich in de zelfde mate verbonden met hun buurt als bewoners die juist lokaal georiënteerd zijn.