Echtscheiding in Amsterdam vanaf 1853
- 8 januari 2014
6 januari publiceerde O+S Op grond van cijfers. Daarin wordt de ontwikkeling van het aantal echtscheidingen in de stad sinds 1853 weergegeven.
De lange reeks laat goed zien hoe veranderende wetten en maatschappelijke ontwikkelingen de cijfers hebben beïnvloed. De persoonlijke verhalen die hierachter schuilgaan zijn vanaf vandaag te lezen in Scheiden doet lijden, een onderzoek van het National Archief over 400 jaar echtscheidingsmisère.
Alleen scheiden na wettelijke overtredingen
Anno 2013 eindigt ruim een derde van alle huwelijken in een echtscheiding. Botsende karakters is de vaakst gehoorde reden. Dat was in 1853 wel anders. Toen werden in Amsterdam slechts 25 echtscheidingen uitgesproken. Niet zo vreemd voor een tijd waarin scheiding op slechts vier gronden mogelijk was: bij bewijs voor overspel, kwaadwillige verlating, langdurige gevangenisstraf en/of zware mishandeling. Lange tijd waren wettelijke overtredingen de enige grond om uit elkaar te gaan. Met botsende karakters moest je het maar zien uit te houden.
Scheiden op grond van overspel
Vanaf 1883 was een scheiding ook mogelijk als een van beide partners overspel bekende. Dat bood kansen voor wie wilde scheiden en inderdaad: ‘de grote leugen’ deed zijn intrede. Overspel werd geveinsd.Die leugen zien we terug in de statistieken: vanaf 1883 stijgt het aantal echtscheidingen sterker dan voorheen. Over de hele reeks bezien gaat het nog steeds om kleine aantallen. Scheiden paste kennelijk niet in de tijdgeest; de kerk had nog een sterke greep op de samenleving. Bovendien had echtscheiding grote nadelige gevolgen voor degene die het overspel bekende: alleen de ‘onschuldige’ partij had recht op alimentatie.
Maatschappelijke veranderingen en crisis
Heel geleidelijk, onder invloed van industrialisatie, verstedelijking, secularisatie, individualisering en een verandering in de positie van vrouwen, steeg het aantal echtscheidingen tot de jaren dertig van de vorige eeuw. Tussen 1931 en 1935 nam het aantal echtscheidingen weer af. Een crisiseffect: de verslechterde economische omstandigheden zorgde voor het uitstellen van de scheiding. In 1937 zien we dan ook een lichte piek, de uitgestelde echtscheidingen werden alsnog uitgesproken.
Scheiden in de oorlogsjaren
Vanaf 1937 stijgt het aantal echtscheidingen explosief, met uitzondering van 1945. In 1946 is het aantal scheidingen ongekend hoog: een gevolg van het uitstellen van de scheiding tijdens de oorlogsjaren, maar ook van het vaak langdurig uit elkaar zijn in die periode en van de vele overhaast gesloten huwelijken.
Veranderende wetten en sociale voorzieningen
Na de Tweede Wereldoorlog steeg het aantal echtscheidingen door verdergaande modernisering en het ontstaan van de verzorgingsstaat. In de grafiek is goed te zien dat in 1965 de Algemene bijstandswet werd ingevoerd. Die wet garandeerde ook een gescheiden vrouw met kinderen een minimuminkomen. Een nieuwe Echtscheidingswet in 1971 maakte het veel eenvoudiger om te scheiden: ‘duurzame ontwrichting’ van het huwelijk werd een wettelijke echtscheidingsgrond.
Meer informatie
Een uitgebreidere versie van deze tekst is te vinden in Op grond van cijfers, een uitgave over 119 jaar Amsterdamse statistiek.Vanaf donderdag 9 januari is het boek Scheiden doet lijden verkrijgbaar.Op zondag 12 januari zendt Andere Tijden een documentaire uit over dit onderwerp.