Direct naar inhoudDirect naar contactgegevens

Van studentenkamer tot verzorgingshuis: onzelfstandige woonruimte in Amsterdam

In rapportages over de Amsterdamse woningmarkt wordt doorgaans alleen over de voorraad zelfstandige woningen bericht. Studentenwoningen, verzorgingshuizen en (andere) groepswoningen vallen hier niet onder. Onzelfstandige woonruimten (6% van de totale woningvoorraad) hebben geen eigen keuken, badkamer en/of toilet. Bewoners delen deze voorzieningen met anderen. De stad telt ongeveer 26.000 onzelfstandige woonruimten (6% van de totale voorraad). In de stadsdelen Centrum, Oost-Watergraafsmeer en Westerpark zijn de meeste onzelfstandige woonruimten: rond 10% van de totale woningvoorraad. Ongeveer een derde van de onzelfstandige woonruimten zijn te vinden in de verzorgingshuizen. Dit zijn naast verzorgingshuizen voor geestelijk en/of lichamelijk gehandicapten met name verzorgingshuizen voor ouderen. Nog eens een derde deel wordt gevormd door verschillende soorten groepswoningen als woongroepen, maar ook onzelfstandige HAT-eenheden (Huizen voor Alleenstaande of Tweepersoonshuishoudens). De laatste grote categorie wordt gevormd door de ruim 5.000 studentenwoningen, een vijfde deel van de totale onzelfstandige voorraad. Deze woningen worden vooral bewoond door jonge mensen afkomstig van buiten Amsterdam. Ruim de helft van de bewoners in studentenwoningen komt vanuit elders in Nederland, 40% komt vanuit het buitenland. Slechts 5% komt uit Amsterdam. De overige eenheden bestaan uit opvangcentra, gezinsvervangende tehuizen, psychiatrische inrichtingen en gevangenissen.

De studentenwoningen vormen voor een deel van de bewoners een opstap naar een zelfstandige woning in Amsterdam en vormt daarmee een belangrijke schakel in de Amsterdamse woningmarkt voor jonge starters.