Direct naar inhoudDirect naar contactgegevens

Aanpak Amsterdamse Poort vervolgmeting

In de Amsterdamse Poort in stadsdeel Zuidoost is sprake van complexe problematiek op verschillende domeinen. Om te bepalen of de aanpak hiervan iets heeft opgeleverd, wordt, net als in de nulmeting in 2019, een overzicht gegeven van relevante cijfers voor het gebied op verschillende thema’s (leefbaarheid, veiligheid, kwetsbaarheid en het winkelgebied). Daarnaast wordt de mening van ondernemers over de Amsterdamse Poort in kaart gebracht door middel van een enquête.

In de Amsterdamse Poort is sprake van veel overlast, criminaliteit, afval/vervuiling, kwetsbare huishoudens, verschraling van het winkelaanbod, leegstand, weinig vertrouwen in de overheid, onhandige stedenbouwkundige indeling en toenemende druk door transformatie van de Arenapoort. Om dit aan te pakken heeft stadsdeel Zuidoost in juni 2019 een integrale aanpak opgesteld die bestond uit vier pijlers (leefbaarheid, veiligheid, zorg en governance) met acht bijbehorende doelstellingen. In 2021 ging stadsdeel Zuidoost verder met deze aanpak en zijn er gesprekken gevoerd met diverse partners om de speerpunten voor dit jaar te bepalen. Gezamenlijk is voor de Integrale Aanpak Amsterdamse Poort een 21-puntenplan opgesteld voor 2021.

In 2019 heeft Onderzoek en Statistiek (O&S) voor aanvang van de aanpak een onderzoek uitgevoerd om de stand van zaken in het gebied weer te geven, de zogeheten nulmeting. Om te bepalen of de aanpak iets heeft opgeleverd, wordt in deze vervolgmeting een overzicht gegeven van relevante cijfers voor het gebied op verschillende thema’s (leefbaarheid, veiligheid, kwetsbaarheid en winkelgebied). Daarnaast wordt, net als in 2019, de mening van ondernemers over de Amsterdamse Poort in kaart gebracht door middel van een enquête. We beschikken niet over voldoende betrouwbare enquêtedata over bewoners en bezoekers, daarom wordt op basis van cijfers uit eerder onderzoek de mening van bewoners en bezoekers over de Amsterdamse Poort in kaart gebracht.

Leefbaarheid

Uit cijfers van eerdere onderzoeken blijkt dat bewoners van Bijlmer-Centrum de buurt een voldoende geven; zij gaven in 2019 gemiddeld een 6,6 als rapportcijfer voor hoe prettig zij het vinden om in de buurt te wonen. Dit is een daling ten opzichte van 2015, toen dit rapportcijfer met een 6,8 iets hoger lag. Het gemiddelde rapportcijfer dat bewoners in Bijlmer-Centrum in 2019 gaven, is lager dan in stadsdeel Zuidoost (6,8) en Amsterdam (7,3). Echter; in heel Amsterdam is sprake van een lichte afname in hoe prettig bewoners het vinden om in de buurt te wonen.

Het aandeel bewoners dat vindt dat de buurt vooruit gaat, neemt eveneens af. In 2018 vond 30 procent van de bewoners dat de buurt vooruit was gegaan, in 2020 was dit nog slechts 21 procent. Dat betekent echter niet dat de buurt achteruit is gegaan: zowel in 2018 als in 2020 geeft 12 procent van de bewoners in Bijlmer-Centrum aan dat de buurt achteruit is gegaan. Dat betekent dus dat het overgrote deel van de bewoners vindt dat de buurt gelijk is gebleven en dat dit aandeel ook is gegroeid. Positief is dat het aandeel bewoners dat vindt dat de buurt vooruit gaat, gedurende alle jaren hoger is in Bijlmer-Centrum dan in Zuidoost en Amsterdam.

Uit de afgenomen enquête blijkt dat ondernemers in de Amsterdamse Poort minder tevreden zijn met de buurt dan in 2019. Zij geven de buurt een 5,9 (was 6,3). Twee op de vijf (38 procent) van hen geven een 5 of lager. Het aandeel dat een 5 of lager geeft is daarmee groter dan in 2019 (toen 25 procent). Ondernemers die een onvoldoende geven, noemen vooral de leegstand en de beperkte variatie in het winkelaanbod als reden voor hun ontevredenheid. Andere redenen die genoemd worden zijn het betaald parkeren de Amsterdamse Poort, de onveiligheid, de bouwwerkzaamheden en het feit dat de buurt erg vies is. Ondernemers die wel tevreden zijn over de buurt en een 8 of hoger geven, noemen dat de Amsterdamse Poort een gezellig, levendig gebied is. Bovendien wordt genoemd dat de buurt vooruitgegaan is, dat de diversiteit in het winkelaanbod toenam en de buurt meer mensen trekt.

Ook consumenten zijn volgens de Consumentenenquête gemiddeld minder positief over het winkelgebied de Amsterdamse Poort. Zij beoordelen in 2020 de sfeer en gezelligheid van de Amsterdamse Poort gemiddeld met een 5,9, terwijl zij in 2018 hiervoor nog een 6,6 gaven. Ook beoordelen ze de veiligheid van het winkelgebied in 2020 met een 6,5 gemiddeld lager dan in 2018, toen zij de veiligheid in het gebied een 7 gaven.

Volgens ondernemers kan de gemeente de uitstraling van de Amsterdamse Poort verbeteren door de leegstand in het gebied aan te pakken en te zorgen voor meer diversiteit in het winkelaanbod. Daarvoor moet de gemeente volgens ondernemers in gesprek met CBRE, de eigenaar van de winkelpanden in de Amsterdamse Poort. Ook zouden grote winkelketens kunnen dienen al trekpleister en kunnen helpen om het winkelbeeld meer divers te maken. De meerderheid van de ondernemers noemt dat de leegstand in de Amsterdamse Poort is toegenomen de afgelopen twee jaar. Winkels verdwenen bijvoorbeeld vanwege de hoge huur of vanwege faillissementen. Het winkelaanbod ging hierdoor achteruit volgens ondernemers. Tot slot wordt genoemd dat de overlast en de onveiligheid toenam, dat er meer dealers en daklozen op straat zijn, de sfeer slechter is geworden en dat de communicatie tussen CBRE en de winkeliers verslechterde. Hoewel de meerderheid van de ondernemers negatieve ontwikkelingen noemt, is er ook een aantal respondenten dat positieve veranderingen noemt zoals nieuwe winkels, een meer divers winkelaanbod, ruimte voor jonge ondernemers om hun producten te verkopen, ruimte voor het organiseren van activiteiten en verbetering van de sfeer in de Amsterdamse Poort.

De meeste ondernemers zeggen dat het door de coronacrisis veel stiller is geworden in de Amsterdamse Poort. Zij hadden hierdoor veel minder klanten en dit leidde tot omzetverlies. Ondernemers noemen daarnaast dat de coronacrisis invloed had op de sfeer in de Amsterdamse Poort, bijvoorbeeld omdat mensen angstig zijn geworden om op drukke plekken te komen, omdat mensen zich bozer en agressiever gedragen of vanwege opstandige klanten die zich niet aan de coronaregels hielden. Volgens sommige ondernemers had de coronacrisis niet echt gevolgen.

Het aandeel ondernemers dat de buurt schoon vindt daalde iets ten opzichte van 2019 (van 56 procent naar 48 procent). Een groter aandeel dan in 2019 vindt de buurt niet schoon, maar ook niet vies (40 procent, was 31 procent). Het aandeel dat de buurt vies vindt blijft met 12 procent vrijwel gelijk (13 procent in 2019). Wel is een op de drie (32 procent) ondernemers (zeer) ontevreden over de mogelijkheden tot het aanbieden van afval in de buurt. Ook de CROW-scores, die worden vastgesteld aan de hand van waarnemingen van grof zwerfafval in de openbare ruimte, tonen dat er in 2020 gemiddeld meer zwerfafval was in de Amsterdamse Poort dan in voorgaande jaren en meer dan gemiddeld in het stadsdeel. In het eerste kwartaal van 2021 was het daarentegen weer schoner in de Amsterdamse Poort: bij bijna alle waarnemingen (97 procent) was er sprake van hooguit een beperkte mate van grof zwerfafval. Omdat voor de rest van 2021 geen cijfers beschikbaar zijn, kan niet worden gezegd of de Amsterdamse Poort in 2021 voldeed aan de gestelde normen (maximaal een beperkte mate van grof zwerfafval) en schoner is dan in voorgaande jaren.

Ruim een kwart van de ondernemers heeft zelf weleens activiteiten georganiseerd om de leefbaarheid in de buurt te verbeteren. Driekwart deed dat niet. De meeste ondernemers weten ook niet wat de mogelijkheden zijn als ze zelf activiteiten willen organiseren om de leefbaarheid in de buurt te verbeteren. Wel vinden de meeste ondernemers dat het organiseren van activiteiten in de buurt een gedeelde verantwoordelijkheid is waarbij zowel de gemeente als ondernemers of bewoners een taak hebben.

Veiligheid, criminaliteit en overlast

Volgens de veiligheidsindex, waarbij een lagere score staat voor meer veiligheid en een hogere score voor meer onveiligheid, is de veiligheid in Bijlmer-Centrum, waar de Amsterdamse Poort onder valt, in de tijdsperiode 2018-2020 verslechterd. Zo steeg de score tussen eind 2018 en eind 2019 van 110 naar 132 en hoewel de score in 2020 weer daalde, bleef deze met een index van 118 nog altijd hoger dan in 2018. Dit patroon is deels te herleiden tot de deelindexen onveiligheid en overlast. Zo is te zien dat na een toename in onveiligheidsgevoelens en overlast tussen 2018 en 2019, beide tussen 2019 en 2020 weer afnamen. De criminaliteitsindex laat een ander patroon zien: deze index schommelt in de metingen tussen 2018-2020.

Het aandeel bewoners in Bijlmer-Centrum dat in de Veiligheidsmonitor aangeeft eens of vaker in de afgelopen 12 maanden slachtoffer te zijn geworden van vermogensdelicten, geweld of vandalisme, nam tussen 2018 en 2020 iets af van 43 procent naar 39 procent. Wel voelden bewoners van Bijlmer-Centrum zich in 2020 vaker weleens onveilig in de eigen buurt (37 procent) dan gemiddeld in Amsterdam (29 procent). Daarnaast nam het aandeel dat het idee heeft dat er veel overlast plaatsvindt toe: van 18 procent in 2018 naar 28 procent in 2020.

In 2021 voelen bijna vier op de tien ondernemers zich vaak of soms onveilig in de Amsterdamse Poort. Dit aandeel is licht afgenomen ten opzichte van 2019 doordat het aandeel dat zich vaak onveilig voelde licht afnam. Vier op de tien ondernemers voelen zich nooit onveilig in de buurt. Dit aandeel nam sterk toe ten opzichte van 2019 (toen 24 procent). Om onveilige plekken in de buurt te vermijden zegt 22 procent van de ondernemers soms of vaak om te lopen. Echter, de meerderheid (72 procent) doet dit nooit.

Alle ondernemers hebben het idee dat er criminaliteit plaatsvindt in de Amsterdamse Poort. Ruim de helft van de ondernemers (52 procent) heeft het idee dat er veel criminaliteit (was 49 procent). Een kwart van de ondernemers (26 procent) denkt bovendien dat de criminaliteit in de Amsterdamse Poort de afgelopen 12 maanden is toegenomen. 18 procent zegt niet te weten of er veel, weinig of geen criminaliteit plaatsvindt en of de criminaliteit toenam, afnam of gelijk is gebleven.

Ondernemers vinden vaker dat de buurt het afgelopen jaar achteruit is gegaan in vergelijking met de rest van Amsterdam (42 procent) dan vooruit (22 procent). Dit was ook in 2019 het geval. Wel is het aandeel dat vindt dat de Amsterdamse Poort achteruit is gegaan afgenomen ten opzichte van 2019 (toen 47 procent); het aandeel dat vindt dat de Amsterdamse Poort voorruit ging vergeleken met de rest van Amsterdam nam ten opzichte van 2019 juist toe (toen 17 procent).

Ondernemers ervaren vooral veel overlast van daklozen of bedelaars, rondhangende groepen mensen, (ver)bouwwerkzaamheden, dronken mensen op straat, drugsgebruik of drugshandel en ratten. Wel hebben ondernemers minder vaak last van dronken mensen op straat en van drugsgebruik of drugshandel dan in 2019. Daarentegen geven ze vaker dan in 2019 aan veel overlast te ervaren van rommel op straat. Volgens de ondernemers zou meer toezicht, handhaving en blauw op straat kunnen helpen om de overlast op te lossen en de veiligheid in de buurt te verbeteren.

Kwetsbaarheid

De Amsterdamse Poort kenmerkt zich door veel kwetsbare huishoudens in vergelijking met het stadsdeel en de stad. Onder kwetsbaarheid verstaan we een laag inkomen, laag opleidingsniveau, geen werk en een slechte gezondheid. Wanneer een persoon op 3 of 4 van deze indicatoren kwetsbaar is, wordt iemand tot de meest kwetsbaren gerekend. Drie op de tien bewoners in de Amsterdamse Poort behoren tot de meest kwetsbare personen. Dit aandeel nam tussen 2018 en 2019 iets toe. Ook ligt het aandeel inwoners van de Amsterdamse Poort dat geregistreerd werkloos is, het aandeel bijstandsgerechtigden en het aandeel bewoners dat gebruikmaakt van gemeentelijke voorzieningen hoger in de Amsterdamse Poort dan in Zuidoost en Amsterdam. Het aandeel bewoners dat gebruikmaakt van gemeentelijke voorzieningen neemt tussen 2018 en 2020 bovendien iets toe.

Hoewel tussen 2018 en 2020 het aandeel gelukkige bewoners in Bijlmer-Centrum, waar de Amsterdamse Poort onder valt, volgens enquêtedata van De Staat van de Stad Amsterdam licht steeg, daalde het aandeel erg gelukkige bewoners (van 13 procent naar 10 procent) en nam het aandeel ongelukkige bewoners in Bijlmer-Centrum toe (van 0 procent naar 8 procent). Deze afname in de mate van geluk is ook in Amsterdam en landelijk zichtbaar en lijkt onderdeel te zijn van een breder scala aan gevolgen van de coronacrisis. Zo daalde in 2020 het gemiddelde welzijnsniveau in de stad; we zien niet alleen gevolgen van de coronacrisis op economisch gebied, maar ook op sociaal en emotioneel gebied. Vooral de al kwetsbare Amsterdammers worden geraakt. Het aandeel dat (erg) gelukkig is, lag onder kwetsbare Amsterdammers al lager dan onder minder/niet-kwetsbare Amsterdammers. Bovendien daalde dit aandeel tussen 2018 en 2020 vooral binnen deze kwetsbaardere groep. Hierdoor neemt het verschil tussen kwetsbare en minder/niet-kwetsbare Amsterdammers toe.

Toch lijken er ook enkele verbeteringen te zijn in de Amsterdamse Poort. Er is bijvoorbeeld een afname in het aandeel huishoudens met een laag inkomen (van 51 procent in 2018 naar 42 procent in 2019). Deze trend is niet zichtbaar in het stadsdeel en de stad. Toch is het aandeel huishoudens met een laag inkomen in de Amsterdamse Poort (42 procent) nog steeds hoger dan in Zuidoost (28 procent) en Amsterdam (20 procent).

Tevredenheid gemeente

Net als in 2019 zijn drie op de tien ondernemers in 2021 tevreden over het functioneren van de gemeente in het gebied (30 procent). Twee op de tien ondernemers zijn (zeer) ontevreden (20 procent, was 21 procent in 2019). Een deel van de ondernemers (38 procent) weet niet hoe tevreden of ontevreden zij zijn over het functioneren van de gemeente (was 15 procent in 2019).

Ondernemers die ontevreden zijn noemen dat de gemeente niet goed zichtbaar is en niks van zich laten horen. Ook blijven de plannen van de gemeente soms onvoldoende concreet en er wordt niet genoeg gedaan door de gemeente om leegstand tegen te gaan. Niet iedereen is ontevreden over het functioneren van de gemeente in het gebied. Ondernemers die positief zijn over het functioneren van de gemeente Amsterdam in het gebied zeggen dat de gemeente haar taken naar behoren doet en betrokken is. Sommige ondernemers hebben regelmatig contact met de gemeente en geven aan dat de gemeente zowel ondernemers als bewoners laten weten waar de gemeente mee bezig is.

Conclusie

Stadsdeel Zuidoost is in 2019 een integrale aanpak gestart om de complexe problematiek in de Amsterdamse Poort aan te pakken. Hoe gaat het nu in de Amsterdamse Poort?

Ondanks de integrale aanpak lijkt de Amsterdamse Poort de laatste jaren op een aantal vlakken iets achteruitgegaan. Zo zien we dat de tevredenheid met de buurt onder zowel bezoekers als ondernemers daalde. Ook was er in 2020 meer zwerfafval in de Amsterdamse Poort dan in voorgaande jaren. Hoewel het onveiligheidsgevoel onder ondernemers ten opzichte van 2019 afnam, heeft de meerderheid van de ondernemers het idee dat er veel criminaliteit plaatsvindt in de Amsterdamse Poort en denkt een kwart dat de criminaliteit in de Amsterdamse Poort is toegenomen. De Amsterdamse Poort kenmerkt zich daarnaast door veel kwetsbare huishoudens in vergelijking met het stadsdeel en de stad. Dit aandeel nam sinds 2018 toe. Ondanks een afname in het aandeel huishoudens met een laag inkomen, ligt dit aandeel in de Amsterdamse Poort ruim twee keer zo hoog als gemiddeld in Amsterdam.

Bij het interpreteren van de resultaten is het belangrijk ze in een breder kader te plaatsen. In maart 2020 brak de wereldwijde coronapandemie uit. Ruim anderhalf jaar verder zien we een breed scala aan gevolgen van de coronacrisis, niet alleen op economisch gebied, maar ook op sociaal en emotioneel gebied. Vooral de al kwetsbare Amsterdammers worden geraakt. Hierdoor neemt het verschil tussen kwetsbare en minder/niet-kwetsbare Amsterdammers toe. Doordat deze kwetsbare groep, die harder geraakt is door de coronacrisis, relatief sterk vertegenwoordigd is in de Amsterdamse Poort, is een daling in tevredenheid over de leefbaarheid in de Amsterdamse Poort niet vreemd.

Door de coronacrisis is het volgens ondernemers bovendien veel stiller geworden in de Amsterdamse Poort. Ondernemers hadden hierdoor veel minder klanten en dit leidde tot omzetverlies. Zij noemen daarnaast dat de coronacrisis invloed had op de sfeer in de Amsterdamse Poort, bijvoorbeeld omdat mensen angstig zijn geworden om op drukke plekken te komen, omdat mensen zich bozer en agressiever gedragen of vanwege opstandige klanten die zich niet aan de coronaregels hielden.

Volgens ondernemers kan de gemeente de uitstraling van de Amsterdamse Poort vooral verbeteren door de aanpak van leegstand en het zorgen voor meer diversiteit in het winkelaanbod. De meeste ondernemers geven bovendien aan dat meer toezicht, handhaving en politie volgens hen zou helpen bij het tegengaan van de overlast in de buurt. Tot slot hebben ondernemers behoefte aan betrokkenheid van de gemeente.